Niet weten wat anderen roepen kan een zegen zijn!
Enkele kikkers sprongen uitgelaten door de weilanden. Ze hadden veel plezier.
Ze kwamen bij een gat in de grond en ze sprongen er erover heen.
Maar twee jonge kikkers zagen het gat te laat en kwamen in een diepe put terecht.
Ze probeerden eruit te springen.
De andere kikkers merkten wat er gebeurd was en stonden om de put naar beneden te kijken. Ze zagen de kleine kikkertjes springen en springen. Maar allen zagen dat het onbegonnen werk was.
De put was te diep. Met springen zouden ze nooit uit de put komen.
Ze riepen naar beneden dat ze moesten stoppen met springen, want dat zou toch niet lukken.
Een van kikkers stopte met springen, maar de ander ging door. De oudere kikkers riepen naar het springende kikkertje dat het moest stoppen. Want riepen ze; “Zo verlies je kostbare energie. Je kunt beter wachten tot het gaat regenen, dan loopt de put vol en kun je er makkelijk uit!” Het kikkertje bleef springen en de oudere kikkers én het niet springende kikkertje bleven roepen dat hij moest stoppen.
Maar hij stopte niet. Hij schudde zijn achterwerk en sprong weer met alle kracht die hij had.
En daar ging hij, omhoog en uit de put!
Hij buitelde over de grond en stond op.
Met een grote glimlach op zijn bek hijgde hij: “Dank jullie wel! Zonder jullie aanmoediging was het mij nooit gelukt uit de put te springen!”
Verbaasd keken de oudere kikkers elkaar aan. Ineens drong het tot ze door dat het een dove kikker was! En er drong nog iets anders tot hun door. Ze sprongen naar de rand van de put en riepen naar het zittende kikkertje dat hij moest springen! Dat het zou lukken! Dat het hém ook zou lukken uit de put te springen!
Even later sprong ook dat kikkertje uit de put.
Gelukkig snapten de kikkers waar het om draaide.
Maar snappen mensen dat ook?
Er is uitgerekend dat kinderen in een normaal, redelijk positief gezin in de eerste 18 jaar van hun leven ongeveer 150 duizend keer “Nee!” of “Je kunt het niet!” hebben gehoord!
Dit staat in schril contrast met hoe vaak een kind hoort dat het wel iets kan. Een paar duizend? Misschien slechts een paar honderd!
Wat doet dat met hun zelfbeeld?
Wij, Yolanda en ik, gebruiken daarvoor de metafoor van de ijsberg.
Wat je boven het water ziet is je bewuste.
Daaronder zit je onderbewuste.
Stel dat je wilt stoppen met roken.
Je bewuste is het daarmee eens en heeft goede argumenten zoals; goed voor mijn beurs, goed voor mijn gezondheid, ik mis geen gesprekken omdat ik naar buiten moet om te roken, ik stink niet meer uit mijn mond etc.
Maar je onderbewuste zegt dat het jou toch niet gaat lukken.
Wie gaat winnen denk je?
Maar je kunt dit omzetten!
In onze training en coaching leren we je dat.
Maar laten we eerst afspreken om naar alle kinderen, onze eigen negatieve overtuigingen opzij te zetten.
Laat ons hun aanmoedigen, hun vertellen dat ze het kunnen, dat ze in zichzelf moeten geloven om de simpele reden dat wij in hun geloven!
En we zullen, net als de kikkers, verbaasd zijn in wat een kind en jij kan!
Xxx zegt
Bedankt hanneke